Bekijk of jouw beroepsvereniging onze Basic Surgical Skills cursus geaccrediteerd heeft.
0 of 6 Vragen completed
Vragen:
Je hebt de toets al eerder voltooid. Daarom kun je hem niet meer opnieuw starten.
Toets is aan het laden…
Je moet inloggen of inschrijven om de toets te starten.
U moet eerst het volgende invullen:
0 van 6 Vragen correct betantwoord
Uw tijd:
De tijd is verstreken
You have reached 0 of 0 point(s), (0)
Behaalde punt(en): 0 of 0, (0)
0 verslag(en) in afwachting (mogelijke punt(en): 0)
Het bekken bestaat uit twee schematische delen : in welk gedeelte bevind zich de baarmoeder?
De bekkenbodemspieren zijn een groep van spieren die zich aan de onderzijde van het bekken bevinden.
Om goed uit te kunnen plassen moet je:
Welke spier is aangegeven met het groene blokje?
Het gewricht tussen het Os sacrum (heiligbeen) en het Os coxae (heupbeen) wordt symfyse genoemd.
Het bekken is een ring van botten en gewichten. Hoeveel botten vormen deze ring in volwassen leven?
De Nederlandse richtlijn meldt dat bij het uitvoeren van een vaginale kunstverlossing het plaatsen van een adequate primaire mediolaterale episiotomie sterk overwogen moet worden en alleen achterwege gelaten kan worden wanneer het risico op een totaalruptuur als laag wordt ingeschat.
Dit is gebaseerd op de meest recente Cochrane review over dit onderwerp. Hieruit blijkt dat een restrictief beleid (alleen episiotomie op indicatie) een lager risico op klinisch belangrijke morbiditeit met zich meebrengt dan routinematig plaatsten van een episiotomie:
Er wordt geen verschil gevonden in de incidentie van pijn, dyspareunie en urine-incontinentie bij follow-up.
Bij een restrictief beleid is er een verhoogd risico op anterior perineaal trauma; RR 1.84 (95% BI 1.61-2.10), dit gaat echter gepaard met minder morbiditeit dan posterior perineaal trauma.
De betrokken organisaties zijn: KNOV (Koninklijke Nederlandse Organisatie van Verloskundigen), LHV (Landelijke Huisartsen Vereniging) waaronder ook de verloskundig actieve huisartsen (verenigd in de VVAH), NVOG (Nederlandse Vereniging voor Obstetrie en Gynaecologie), NVK (Nederlandse Vereniging voor Kindergeneeskunde) en NVVP (Nederlandse Vereniging voor Pathologie).