Techniek

Techniek optrekken lidocaïne + infiltratie

De techniek van het op de juiste manier optrekken van lidocaïne en infiltreren van de huid bij een staand caput voorafgaand aan het plaatsen van een episiotomie, wordt stap voor stap uitgelegd in de volgende instructievideo’s:

    

Techniek knippen

De techniek van het op de juiste manier plaatsen van episiotomie wordt stap voor stap uitgelegd in de volgende instructievideo:

Bij een mediolaterale episiotomie wordt aangeraden om op 1 cm lateraal van de commissura posterior te knippen.
Door veel verloskundig professionals wordt de mediolaterale episiotomie gezet vanuit de commissura posterior. Literatuuronderzoek, echoscopisch onderzoek en röntgenonderzoek tonen echter aan dat de kans op beschadigen van de anale sfincter sterk afneemt als de episiotomie 1 cm van het midden wordt geplaatst.

Ook de hoek waarin je knipt is erg belangrijk.
Een mediolaterale episiotomie wordt idealiter in een hoek van minimaal 60° ten opzichte van de mediaanlijn geplaatst op het moment van het staan van het hoofd.

Dit resulteert in een hoek van minimaal 40° na de geboorte van het kind. In een onderzoek uit 2014 bleek slechts 13% van de zorgverleners een episiotomie met de juiste hoek en op de juiste plaats te zetten. Dit brengt voor de barende vrouw risico’s met zich mee, aangezien het risico op anale sfincterletsels relatief toeneemt met 50%, steeds wanneer de hoek ten opzichte van de mediaanlijn 6° kleiner wordt.

 

 

 

Bij het uitvoeren van een episiotomie worden de volgende weefsels doorgeknipt: huid, onderhuids weefsel, vaginawand en spieren van de bekkenbodem: musculus bulbospongiosus; musculus transversus perinei en musculus levator ani.
(Zie ook: Hoofdstuk: Functionele anatomie ).

 

Bij het inknippen van de musculus bulbospongiosus trekt deze zich terug als een soort van elastiek: daardoor valt de episiotomie wond scheef open waardoor het complexer wordt om deze te hechten. Hier komen we in het Hoofdstuk: Hechten op terug.