Insteken van de naald

Houd de naaldvoerder met naald in je rechterhand en zorg dat je goed met je onderarm draait (met gebogen elleboog) zonder je bovenarm te gebruiken. Plaats de naald loodrecht op de huid en steek de naald nu geleidelijk met een draaiende beweging door de huid.
Bij een grote wond kun je het beste in twee keer naar de overkant van de wondrand steken om ervoor te zorgen dat de naald ook loodrecht de huid weer uitkomt. Hierdoor krijg je een mooie everterende wondrand wat zorgt voor een betere (fraaiere) genezing.